Jaarlijks wordt het bedrag van de forfaitaire kilometervergoeding voor de beroepsmatige verplaatsingen geïndexeerd. Dit betekent dat de kilometervergoeding vanaf 1 juli 2014 stijgt van 0,3461 euro naar 0,3468 euro per kilometer. Het nieuwe bedrag geldt voor de beroepsmatige verplaatsingen tot en met 30 juni 2015.
Als u als zaakvoerder of als personeelslid uw eigen voertuig gebruikt voor beroepsmatige verplaatsingen, dan mag u hiervoor een terugbetaling van de kosten vragen aan uw vennootschap of uw werkgever. Het bedrag wordt niet als loon aanzien en er dienen bijgevolg geen belastingen op betaald worden.
Om misbruiken te voorkomen en te vermijden dat u uzelf of uw personeel een extraatje belastingvrij wil geven, aanvaardt de fiscus een kilometervergoeding die gelijk is aan het bedrag dat federale ambtenaren krijgen als ze hun privé-voertuig gebruiken voor beroepsmatige verplaatsingen.
De forfaitaire kilometervergoeding kan zonder problemen gebruikt worden als het totaal aantal beroepsmatig aangerekende kilometers op jaarbasis niet meer dan 24.000 kilometer bedraagt. Leg je meer beroepsmatige kilometers af, dan zal de fiscus bijkomend bewijs opvragen. Daarnaast mag u ook nog steeds een hoger bedrag aanrekenen dan bovenstaande kilometervergoeding, maar ook hier moet u aan de fiscus kunnen bewijzen dat dit hoger bedrag overeenstemt met de werkelijke kostprijs.
De kilometervergoeding is zoals gezegd belastingvrij voor de ontvanger. In hoofde van de vennootschap die de kilometervergoeding uitkeert is de kost slechts beperkt aftrekbaar. De kost volgt namelijk de normale regels voor de aftrek van de autokosten. Daarbij wordt 30% van de kilometervergoeding geacht voor brandstofkosten zijn.
Dat maakt dat 30% van de forfaitaire kilometervergoeding voor de vennootschap slechts 75% aftrekbaar zal zijn. De overige 70% van de vergoeding is aftrekbaar in functie van de CO2-uitstoot van de wagen, waarbij hoe hoger de CO2-uitstoot, hoe minder aftrekbaar de kost is.